Jacqueline Oskamp: ‘Louis had dat balorige imago, maar daarachter ging een complexe persoonlijkheid vol tegenstrijdigheden schuil.’

Ruim zeven jaar werkte muziekpublicist Jacqueline Oskamp aan haar lang verwachte biografie over Louis Andriessen. Op 7 juni is het zover, dan presenteert zij het 495 pagina’s tellende Groots is de liefde tijdens Dag in de Branding. Voor de gelegenheid werd Oskamp uitgenodigd om de 73e editie te cureren. Om het feest compleet te maken, ontvangt zij ’s middags de Theo Bruins Prijs van de gemeente Den Haag voor haar uitzonderlijke verdiensten voor de Nederlandse muziek.

Eerste vrouwelijke laureaat
‘Dat nieuws kwam als een volslagen verrassing,’ lacht Oskamp op een regenachtige aprilmiddag. ‘Ik wist natuurlijk wel af van het bestaan, maar niet dat de prijs ook aan schrijvers en publicisten werd toegekend.’ Inderdaad, wie een blik werpt op het lijstje met laureaten, ziet vooral namen van musici. Onder meer dirigent en componist Reinbert de Leeuw, pianist Gerard Bouwhuis en dirigent en orkestleider Wim Boerman gingen Oskamp voor. ‘Dat is een mooi rijtje om tussen te staan’, beaamt ze. ‘En ik vind het natuurlijk een eer dat ik als eerste vrouw de prijs in ontvangst mag nemen. Het past in een bredere trend, waarbij vrouwelijke deskundigen steeds vanzelfsprekender worden. Die ontwikkeling juich ik alleen maar toe.’

Levensverhaal
Over deskundigheid gesproken: de afgelopen jaren schreef Oskamp veelvuldig en uitgebreid over de Nederlandse muziek. In 2003 verscheen Radicaal gewoon, een bundeling interviews met elf toonaangevende Nederlandse componisten, in 2011 gevolgd door Onder stroom, een uitvoerige schets van de elektronische muziek in Nederland. In het goed ontvangen Een behoorlijk kabaal (2016) plaatste Oskamp de 20ste-eeuwse Nederlandse muziek in een brede cultureel-maatschappelijke context.

Voor Groots is de liefde koos zij een ander perspectief: ‘Het is een biografie, dus ik heb nadrukkelijk Louis’ levensverhaal willen vertellen. Waar kwam hij vandaan? Waarom was hij zoals hij was? En natuurlijk ook: Hoe hangt dat verhaal samen met zijn muziek? Die thematiek bleek al uitgebreid en gelaagd genoeg. Helemaal in het geval van Louis. Hij had een gi-gan-tisch archief, moet je weten. Dus de uitdaging was om keuzes te maken, om geen zijpaden in te slaan, laat staan zijpaden van cultuurhistorische aard.’

Zelf aan het woord
Voor haar onderzoek reisde Oskamp twee keer af naar Bazel, waar sinds 2008 een groot deel van Andriessens privé-archief is ondergebracht bij de Paul Sacher Stiftung. Het overige materiaal zag ze tijdens de coronaperiode in op Andriessens werkadres aan de Keizersgracht. Oskamp: ‘Daarnaast heb ik natuurlijk ook de nodige mensen gesproken. Familie, vrienden, studiegenoten, vooral over zijn jeugd en conservatoriumtijd. Maar eigenlijk heb ik Louis zoveel mogelijk zelf aan het woord willen laten, via zijn brieven en aantekeningen.’

Wat er uit al dat materiaal zoal naar voren kwam? Oskamp: ‘Om te beginnen dat zijn leven en werk veel nauwer met elkaar vervlochten zijn, dan ik aanvankelijk had gedacht. Louis huldigde de opvatting dat het werk op zichzelf staat, los van het leven en het karakter van de maker. Maar toen ik met dit boek bezig was, begon ik steeds duidelijker te zien dat wat er in zijn leven speelde wel degelijk in zijn muziek terecht kwam.’

Als voorbeeld noemt Oskamp de opera La Commedia. ‘Dat werk stamt uit de periode dat Jeanette [Yanikian, Andriessens echtgenote, red.] al ziek was. Daarover schrijft hij dan vervolgens dat die muziek over haar gaat. Niet letterlijk weliswaar, maar het stuk raakt wel aan de thematiek die op dat moment in zijn leven speelt: ouder worden, dood gaan. Als hij later een relatie krijgt met Monica [Germino, red.], wordt de liefde tussen een oude man en een jonge vrouw plotseling een thema. In Anaïs Nin bijvoorbeeld. Of in La Giro, een stuk over Vivaldi en diens vermeende liefde voor een jonge zangeres.’

Persoonlijkheid vol contrasten
Wat Oskamp in haar boek tevens heeft willen belichten is de gelaagdheid van Andriessens als mens. ‘Kijk, Louis had natuurlijk dat stoere imago. Balorig, veel bravoure, een beetje arbeideristisch zelfs, zeker in de jaren zeventig. Maar daarachter ging een complexe persoonlijkheid vol tegenstrijdigheden schuil. Ja, hij was de internationaal vermaarde componist, maar als nakomertje van de familie bleef hij ergens ook altijd een kleine jongen. Ja, hij was een ongekend talent, maar in de kern bleek hij ook een onzeker iemand die zijn leven lang naar bevestiging bleef hunkeren. En hij profileerde zich dan wel als modernist, hij wist zich nooit helemaal los te maken van de katholieke klankwereld van zijn vader. Dat blijkt wel uit Mysteriën, het stuk dat hij  voor het Concertgebouworkest maakte.’

De erfenis van vader Hendrik klinkt ook door in de titel, zegt Oskamp. ‘Groots is de liefde is de vertaling van Magna res est amor, een lied van zijn vader. Het is altijd een van Louis’ lievelingsstukken gebleven. De titel heeft eigenlijk een drieledige betekenis. Hij verwijst naar Louis’ liefde voor de muziek, en zijn liefde voor zijn familie. Maar ook naar zijn turbulente liefdesleven. Het zijn drie thema’s die als rode draden die door het boek lopen.’

Concepten en literatuur
Andriessen zelf loopt dan weer als een rode draad door het programma dat Oskamp voor de 73ste editie van Dag in de Branding cureerde. Zo klinken tijdens de boekpresentatie twee stukken van diens hand: het ongenaakbare Hout en  het lyrische Dances. Oskamp: ‘Die stukken laten twee heel verschillende kanten van hem horen. Enerzijds de stoere Louis, anderzijds zijn melancholische kant.’ 

Over contrasten gesproken.
Een andere lijn is het denken in helder omlijnde concepten dat een belangrijk uitgangspunt vormde voor Andriessens werk. Het openingsconcert waarin Jochem van Tol en zijn Paper Ensemble de ritselende en ruisende klankmogelijkheden van papier verkennen, sluit hier naadloos bij aan, aldus Oskamp. Zo ook het concert waarin composer-in-residence Myrtó Nizami het sluitstuk van de filosofische voorstelling Prima Materia presenteert.

Andriessens voorliefde voor literatuur resoneert in het nieuwe project van het New European Ensemble (NEuE). Het gezelschap werkte voor de gelegenheid samen met de Schotse auteur Ali Smith. Vier vrouwelijke componisten schreven op verzoek van het NEuE nieuw werk, geïnspireerd op de vier seizoensromans die Smith sinds 2016 publiceerde.

Bekijk hier het volledige programma dat samengesteld is door Jacqueline Oskamp. Info en kaarten.

Altijd als eerste op de hoogte?
Schrijf u in op onze nieuwsbrief!

U ontvangt regelmatig programmanieuws en mooie aanbiedingen.

U gebruikt een verouderde browser van Internet Explorer die niet meer wordt ondersteund. Voor optimale prestaties raden wij u aan om een nieuwere browser te downloaden. Hiervoor verwijzen wij u door naar:

browsehappy.com sluiten