za 9 maart 2013
15:30
Korzo
Prinsestraat 42 Den Haag

Peter Adriaansz – Fraction (2011)

Fraction is geschreven in samenhang met Phrase. Adriaansz gebruikte voor beide stukken dezelfde basisbezetting van een blaasinstrument, elektrische gitaar, percussie en piano. Net als in Phrase worden alle instrumenten versterkt en volgen de musici click tracks of een stopwatchmonitor. Met uitzondering van de blazer bespelen alle musici hun instrument met diverse slag- en tokkeltechnieken. Een losse toepassing van de harmonische temposchalen van Henry Cowell zorgt voor kunstmatig gecreëerde verhoudingsgewijze tempomodulaties. Hierbij volgt elk van de drie slaginstrumenten een eigen curve. In combinatie met de fasering van de tempo’s worden de snaren van de drie slaginstrumenten steeds opnieuw gestemd. Ze beginnen unisono en lopen steeds verder uiteen tot een grote secunde op driekwart van het stuk, wanneer ook het verschil in tempo’s het grootst is. Aan het eind van het stuk vallen de stemmingen en tempo’s weer samen.

Peter Adriaansz – Phrase (2011).
Phrase is geschreven voor de ensembles Flexible Music en Klang. De première vond plaats tijdens een festival gewijd aan Peter Adriaansz’ latere werk. Het uitgangspunt voor de componist was het idee van lijnen van uiteenlopende fraseringslengtes die door de drie slaginstrumenten als loop worden gespeeld terwijl de saxofoon een veel langzamere lijn speelt. Het centrale sinusakkoord van het stuk stijgt in de eerste helft van het stuk langzaam tot 3/4 van een kleine secunde en daalt daarna weer tot zijn oorspronkelijke hoogte. De tessituur van Phrase is relatief groot. Hierdoor kan elke afzonderlijke aanslag afsteken tegen het sinusakkoord als een verre, kleine ster die kort opflakkert en weer uitdooft. Adriaansz speelt in het stuk een spel met de perceptie van tempo’s. Het tempo van de drie slaginstrumenten vertraagt geleidelijk tot anderhalf keer de lengte van de originele pulse, en versnelt weer in de tweede helft van het stuk. De saxofoonpartij lijkt hierdoor ook van tempo te wisselen, maar blijft in feite constant.

Peter Adriaansz – Wave 3 (2007) voor versterkte piano en live elektronica.

Deze vier stukken voor EBow piano en live elektronica (sinusgolf patches en samples, bij voorkeur live en interactief gespeeld) zijn geschreven op verzoek van pianiste Sonsoles Alonso. In alle vier wordt een simultane interactie voorgeschreven tussen de pianotoetsen en de plaatsing van EBows waarmee de pianosnaren bespeeld worden. Dit doet soms een groot beroep op de virtuositeit van de pianist die tegelijkertijd moet coördineren, kiezen en luisteren. De stukken hebben ieder hun eigen vorm: een dalende lijn in het eerste stuk (met sinustonen die respectievelijk twee, drie en vier octaven dalen), enharmonische boventoonrelaties in het tweede, een stijgend spectrum in het derde (met een combinatie van gesamplede pianosnaren en sinustonen) en de geleidelijke opbouw van een harmonisch akkoord in het vierde (met een interactieve rol voor de sinustonen). In de notatie van alle vier de stukken is de timing vrij, waardoor verschillende uitvoeringen – binnen aanvaardbare grenzen – in lengte kunnen variëren.

Peter Adriaansz – Waves 5-7 (2008)
Voor Peter Adriaansz stond bij het schrijven van zijn 13 Waves voornamelijk het onderzoek naar vibraties centraal. De vibraties komen voort uit micro-intervallen, stemmingen en de diverse ruimtelijke fenomenen die optreden bij de interactie tussen versterkte combinaties van elektrische, akoestische en elektronische media. Elk van de drie stukken Waves 5-7 is opgebouwd rond specifieke intervallen en registers die hun materiaal en snelheid direct ontlenen aan de sympathische vibraties van pianosnaren die worden geactiveerd met vijf EBows. De musici reageren op de harmonieën die zo ontstaan; ze gebruiken daarbij zowel vaststaande als quasi-vrije elementen. Zo kleuren en combineren ze op een manier die lijkt te worden gedicteerd door de omgeving. In Wave 5 komen voornamelijk intervallen van een kwint in het middenregister voor, in Wave 6 kleine secunden in het hoge register en in Wave 7 grote tertsen – een geleidelijke beweging van laag naar hoog.

Peter Adriaansz werd in 1966 in Seattle geboren en studeerde compositie aan de conservatoria van Den Haag en Rotterdam, alwaar hij onder meer les had van Louis Andriessen, Brian Ferneyhough en Peter-Jan Wagemans. Adriaansz’ muziek kenmerkt zich door een systematische, op onderzoek gerichte attitude waarin klank, vorm en hoorbare wiskunde tot de voornaamste ingrediënten behoren. In recente jaren valt ook een toenemende interesse in flexibiliteit, variabele vormen en – vooral – microtonale reflectie in zijn werk waar te nemen. Deze laatste interesse leidde onder andere tot een aantal grootschalige composities voor versterkte ensembles, zoals Prana (2007), Music for Sines, Percussion, ebows & variable Ensemble (2008) en Three Vertical Swells (2010), werken voor orkest en stemmen (Anekabahudaravaktranetram, 2007, Verdichtingen, 2009), twee grootschalige series over ruimtelijke harmonie (Structures I-XVI, 2005) en micro-acoustica (Waves 1-13, 2008) en vele (electro-) akoestische werken voor incidentele opdrachten.

Ensemble Klang, opgericht in 2003, maakte al snel naam als een van de spannendste jonge ensembles in de Nederlandse nieuwe muziekscene. De groep is toegewijd aan een nieuwe generatie componisten en blinkt uit in een gewaagd, compromisloos repertoire.

Erik-Jan de With, Michiel van Dijk, saxofoons
Anton van Houten, trombone
Joey Marijs, percussie
Saskia Lankhoorn, piano
Pete Harden, gitaren

Altijd als eerste op de hoogte?
Schrijf u in op onze nieuwsbrief!

U ontvangt regelmatig programmanieuws en mooie aanbiedingen.

U gebruikt een verouderde browser van Internet Explorer die niet meer wordt ondersteund. Voor optimale prestaties raden wij u aan om een nieuwere browser te downloaden. Hiervoor verwijzen wij u door naar:

browsehappy.com sluiten