za 14 december 2013
19:00
Dr Anton Philipszaal

Grabstein für Stephan (1989) is een van de vele composities waarmee Kurtág eer aan zijn geliefden en dierbaren heeft bewezen. de betreurde in dit in memoriam voor gitaar en instrumentale groepen is Stephan Stein, de echtgenoot van Marianne Stein, de psychotherapeute die de componist tijdens zijn verblijf in Parijs in de jaren vijftig hielp zijn grootste creatieve crisis te overwinnen. Het rituele is de grondtoon van de compositie. Alle beweging is verstard in akkoorden, die als trage voetstappen (let op de plechtige jamben in de pauken) de laatste gang vergezellen. De muziek is een soort beurtzang tussen individu (gitaar) en groep, tussen ponerende en vragende klanken, tussen koraal en atavistische klacht. Binnen wordt zacht getreurd, terwijl buien luidruchtig de boze geesten worden uitgebannen. Grabstein für Stephan is een werk dat opdoemt uit stilte en uiteindelijk weer in stilte oplost.

Four Songs to Poems by János Pilinszky (uit de bundel Kráter)

1  Alkohol | 2  In memoriam F.M. Dostojevski | 3  Hölderlin | 4  Slaag (Verés – Beating)

Samuel Beckett – What is the word voor alt (spreekstem), vijf stemmen en groepen instrumenten

Zoals bij Kurtág menige flard muziek de indruk wekt een overwinning te zijn op het zwijgen (of een capitulatie voor het niet-zwijgen), zo was voor Ildikó Monyó de uitvoering van de compositie een overwinning op de sprakeloosheid. Deze actrice, voor wie Kurtág oorspronkelijk What is the word (1991) van Samuel Beckett toonzette, verloor haar stem bij een verkeersongeluk. Het duurde zeven jaar voor zij weer kon spreken en zingen. Geconfronteerd met haar poging om enkele van zijn werken tot klinken te brengen, zag Kurtág in haar gevecht om woorden en expressie een parallel met de tekst van Beckett. In de eerste versie van What is the word zingt, spreekt, fluistert en schreeuwt de stem dezelfde tonen als die van de pianopartituur. Daarbij articuleert de stem letterreep voor lettergreep Beckett’s litanie-achtige tekst in Hongaarse vertaling.

De latere, orkestrale versie van het werk neemt deze intieme, kamermuzikale situatie als uitgangspunt. Zangeres en piano zijn nu ingebed in een instrumentaal ensemble, bestaande uit viool, harp, celesta en Kutág’s onafscheidelijke Hongaarse cimbaal. In de ruimte verspreid zijn nog drie andere instrumentale groepen en een vocaal kwintet opgesteld. Dit kwintet zingt de woorden van Beckett in het Engels, de oorspronkelijke taal. Even fragmentarisch, versplinterd en ontheemd als de woorden van Beckett zijn de geluiden die de verschilende groepen voortbrengen. Geluiden als schaduwen, reflecties, echo’s arceringen en (soms) uitvergrotingen van het gestamelde minidrama waarmee het allemaal begonnen is.

Altijd als eerste op de hoogte?
Schrijf u in op onze nieuwsbrief!

U ontvangt regelmatig programmanieuws en mooie aanbiedingen.

U gebruikt een verouderde browser van Internet Explorer die niet meer wordt ondersteund. Voor optimale prestaties raden wij u aan om een nieuwere browser te downloaden. Hiervoor verwijzen wij u door naar:

browsehappy.com sluiten