vr. 21 maart
20:15
Amare Concertzaal
Spuiplein 150 Den Haag
Tickets kopen

Attentie attentie: Klaas de Vries schrijft een groot nieuw orkestwerk. Ja, u heeft het goed gehoord. NIEUW ORKESTWERK VAN KLAAS DE VRIES! Dat heugelijke evenement is de aanleiding voor Festival Dag in de Branding om de afgelopen zomer 80 jaar geworden componist in het zonnetje te zetten met een speciale feesteditie van het festival, die hij als gastcurator mocht samenstellen. Naast De Vries’ gloednieuwe Cada instante klinken het imposante Stele van György Kurtág én het Vierde pianoconcert van Beethoven, met meesterpianist Hannes Minnaar als solist.

De uitvoering is in handen van het Residentie Orkest en studenten van het Koninklijk Conservatorium, geleid door dirigent Chloe Rooke. Het nieuwe werk van De Vries vraagt om veel musici, en dat bood een uitgelezen kans om ook Kurtágs Stele op de lessenaars te zetten. Met dertien minuten is het weliswaar een relatief lang werk in Kurtágs oeuvre vol miniaturen, maar de combinatie van beperkte duur en enorme bezetting maakt dat Stele maar zelden live te horen is. Zoals altijd bij Kurtág zit die korte tijdspanne wel volgepakt met een ongewone zeggingskracht.

Tussen de twee eigentijdse meesters in klinkt een van de meest geliefde pianoconcerten die er zijn, het Vierde van Beethoven. Het ging in première in het roemruchte concert op 22 december 1808 in het Theater an der Wien, net als Beethovens Vijfde én Zesde symfonie en nog veel meer stukken. Vier uur nieuwe muziek in een koude zaal: ook in Beethovens tijd werd daar wel van opgekeken. De duur van het huidige concert is aanmerkelijk bescheidener, maar het soortelijk gewicht is net zo hoog. Speciaal voor deze gelegenheid componeerde Klaas de Vries bovendien een nieuwe cadens voor Beethovens pianoconcert, die Hannes Minnaar in première zal brengen.

Chloe Rooke
Hannes Minnaar, foto Simon van Boxtel

Kurtág: Stele op. 33
De grote bezetting van het nieuwe werk van De Vries bood een uitgelezen kans om ook Kurtágs Stele, op. 33 (1994) op de lessenaars te zetten. Met dertien minuten is het weliswaar een relatief lang werk in Kurtágs oeuvre vol miniaturen, maar de combinatie van beperkte duur en enorme bezetting maakt dat het maar zelden live te horen is. Zoals altijd bij Kurtág zit de korte tijdspanne wel volgepakt met een ongewone zeggingskracht. Het was Kurtágs eerste orkestwerk sinds zijn eindexamencompositie aan het conservatorium in Boedapest, veertig jaar eerder.

Stele betekent ‘gedenksteen’ of ‘grafsteen’ en het werk heeft een bijzondere betekenis voor Kurtág: tijdens het componeren overleed een goede vriend van hem, de Hongaarse componist en cellist András Mihály. Niet alleen is Stele aan Mihály opgedragen, Kurtág voegde ook nog vijf maten toe aan het werk: een letterlijk citaat uit het Celloconcert van Mihály. Kurtágs oeuvre staat bol van de verwijzingen, maar citeren doet hij eigenlijk nooit; het toont aan welk gewicht deze slotmaten voor hem hebben. Het zwaartepunt ligt bij het derde en laatste deel, ‘Molto sostenuto’, met de kenmerkende pulserende akkoorden: een monument van geluid dat de tijd lijkt stil te zetten. Hierin verklankt Kurtág een scène uit Tolstojs Oorlog en vrede, waarin een gewonde soldaat op het slagveld ligt, omringd door krijgsgewoel, kijkend naar de blauwe lucht – en voelt dat niets zo belangrijk is als die blauwe lucht. De pulserende akkoorden uit het derde deel verwijzen naar een pianostuk uit het zesde boek van Játékok (‘Spellen’), dat als ondertitel ‘In memoriam András Mihály’ draagt.

Beethoven: Vierde pianoconcert
Tussen de twee eigentijdse meesters in klinkt een van de geliefdste pianoconcerten die er zijn, het Vierde van Beethoven – een suggestie van Klaas de Vries. Het Vierde pianoconcert ging in première in het roemruchte concert op 22 december 1808 in het Theater an der Wien, net als Beethovens Vijfde én Zesde symfonie en nog veel meer stukken. Vier uur nieuwe muziek in een koude zaal: ook in Beethovens tijd werd daar wel van opgekeken. De duur van het huidige concert is aanmerkelijk bescheidener, maar het soortelijk gewicht is eveneens zeer hoog.

Speciaal voor deze gelegenheid componeerde Klaas de Vries bovendien een nieuwe cadens voor Beethovens pianoconcert, die Hannes Minnaar in première zal brengen. “Dat was fantastisch om te doen,” zegt De Vries. “Het materiaal is bijna allemaal Beethoven, behalve op twee plekken. Ik heb de pulserende akkoorden van Kurtágs Stele erin verwerkt, dat een tonale verwantschap heeft met Beethovens pianoconcert. En ook het eerste akkoord van mijn eigen Cada instante zit erin. Maar dat hoor je bijna niet: het blijft heel lang maar zachtjes liggen, met het sustain-pedaal, terwijl eroverheen Beethoven gewoon doorgaat.”

De Vries: Cada instante
Op 22 februari 2022 las Klaas de Vries ’s ochtends in de gedichten van Jorge Luis Borges. Hij bleef hangen aan het gedicht ‘Doomsday’ en kreeg opeens een kraakhelder idee voor een orkestwerk. Die middag zag hij op het nieuws de tanks naar Kyiv rijden: het was de dag van de Russische inval in Oekraïne en het begin van Poetins verwoestende oorlog die nog altijd voortduurt. Toch is het “géén oorlogsstuk” geworden, zegt De Vries stellig. “Wel heb ik geprobeerd om steeds gevaarlijke keuzes te maken, niet voor de makkelijke weg te kiezen.” Een voorbeeld: soms speelt het hele orkest unisono dezelfde noten, dan weer speelt ieder instrument een individuele partij: “Geen enkele musicus kan rustig meegaan op de stroom in dit werk. Voor je het weet zit je ineens in je eentje te spelen, óók aan de achtste lessenaar.”

Het idee dat er op ieder moment – ‘en cada instante’ in het Spaans – alles kan gebeuren is wat De Vries aan Borges’ gedicht ontleende. ‘Doomsday’ bevat een opsomming van zulke mogelijkheden, in regels die telkens beginnen met ‘En cada instante…’: op ieder moment kun je ‘Kaïn of Siddharta’ blijken te zijn, kan Helena van Troje je haar liefde verklaren, kan de haan drie keer hebben gekraaid… Of, blijkens de titel, kan het einde zich aandienen. De Vries: “Toen ik die regels las zag ik het hele stuk voor me.”

In De Vries’ oorspronkelijke idee zou het een orkestwerk voor grote bezetting zijn, maar zónder dirigent. Zeven slagwerkers vooraan het podium zouden een sturende rol hebben en signalen geven: “Op die manier dwing je musici om naar elkaar te luisteren, je krijgt een ander soort concentratie in het ensemble. Op sommige momenten is het Lutoslawski-achtig en hoeven te inzetten niet gelijk te zijn, op andere momenten zijn de cues juist zeer precies.” Die opzet bleek niet haalbaar en Cada instante wordt net als de andere werken op het programma gedirigeerd door Chloe Rooke. “Ik kende haar niet, maar ze maakt een goede indruk,” zegt De Vries.

Altijd als eerste op de hoogte?
Schrijf u in op onze nieuwsbrief!

U ontvangt regelmatig programmanieuws en mooie aanbiedingen.

U gebruikt een verouderde browser van Internet Explorer die niet meer wordt ondersteund. Voor optimale prestaties raden wij u aan om een nieuwere browser te downloaden. Hiervoor verwijzen wij u door naar:

browsehappy.com sluiten